Veroordeling van oud-wethouder van Roermond wegens omkoping blijft in stand

9 juli 2019

De veroordeling van een oud-wethouder van Roermond wegens onder meer omkoping blijft in stand. Dat heeft de Hoge Raad vandaag geoordeeld.

Het gerechtshof Den Haag stelde vast dat de oud-wethouder gedurende een zeer lange periode giften van de bevriende projectontwikkelaar en van een drietal andere lokale ondernemers heeft aangenomen. Het ging daarbij om reizen naar onder andere buitenlandse voetbalwedstrijden en vastgoedbeurzen. Hij werd verder veroordeeld wegens witwassen, het lekken van vertrouwelijke informatie uit de sollicitatieprocedure voor een nieuwe burgemeester in Roermond en betrokkenheid bij stempasfraude, bestaande uit het aannemen van blanco-(stem)volmachten die vervolgens werden ingevuld zodat gevolmachtigden de stemmen konden uitbrengen.

Het Hof legde de oud-wethouder een voorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden op. Hij mag ook gedurende 2 jaar geen bestuurlijk ambt binnen de overheid bekleden. De verdachte stelde beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.

De Hoge Raad heeft de ingediende klachten van de verdachte verworpen. Er is onder meer geklaagd dat de rechtbank en het Hof niet bevoegd zouden zijn over een aantal tenlastegelegde feiten te oordelen, omdat het zou gaan om ambtsmisdrijven. Daarover zou alleen de Hoge Raad mogen oordelen. Deze cassatieklacht slaagt niet.

Verder zou de oud-wethouder ten onrechte zijn veroordeeld wegens het schenden van een geheim door het lekken van vertrouwelijke informatie uit de sollicitatieprocedure voor een nieuwe burgemeester in Roermond. Er zou volgens de verdediging pas sprake zijn van het misdrijf van het schenden van een geheim als degene aan wie de mededeling wordt gedaan, op dat moment nog niet van de desbetreffende informatie op de hoogte is. De Hoge Raad vindt die opvatting onjuist, omdat de wet niet zo’n vereiste kent.

Ook alle overige cassatieklachten leiden niet tot vernietiging van de uitspraak. De veroordeling blijft dan ook in stand.

Uitspraak

ECLI:NL:HR:2019:1135