Advies AG aan Hoge Raad: veroordeling wegens onder meer moord op 86-jarige man uit Axel kan in stand blijven
De veroordeling van een man wegens het medeplegen van poging tot afpersing en moord op een 86-jarige man op 23 oktober 2012 in Axel kan in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Harteveld de Hoge Raad in zijn conclusie die vandaag is gepubliceerd.
De verdachte wordt ervan beschuldigd dat hij in de nacht van 23 oktober 2012 samen met een medeverdachte het bejaarde slachtoffer van 86 jaar oud heeft opgewacht in een park in Axel waar de man zijn hond uitliet. De man werd daar ernstig mishandeld en is vervolgens in de kofferbak van zijn eigen auto gelegd. Onderweg zijn beide verdachten op verschillende plekken gestopt en is de man op zeer gewelddadige wijze mishandeld met het doel zijn pincode te verkrijgen. Daarbij werd een deel van zijn oor afgesneden en is zijn wijsvinger achterover gedrukt. Uiteindelijk is het slachtoffer door vele messteken om het leven gekomen en is hij achtergelaten in een sloot. Daarna hebben de verdachten het huis van het slachtoffer doorzocht naar zijn pincode en zijn vergeefse pogingen gedaan om geld op te nemen.
Het gerechtshof vond onder meer bewezen dat de verdachte in kwestie zich schuldig heeft gemaakt aan moord. De verdachte werd veroordeeld tot 24 jaar gevangenisstraf. Hij stelde beroep in cassatie in. De medeverdachte is inmiddels onherroepelijk veroordeeld tot 15 jaar celstraf.
De advocaat van de verdachte vraagt de Hoge Raad de beslissing van het gerechtshof te vernietigen. Hij is onder meer van mening dat het gerechtshof ten onrechte aan twee - een humanistisch en een boeddhistisch - geestelijk verzorgers uit een penitentiaire inrichting het verschoningsrecht heeft toegekend. De medeverdachte zou aan beide verzorgers hebben verklaard dat hij de moord alleen zou hebben gepleegd. In de visie van de verdediging zijn beiden niet aan te merken als geestelijke en komt het verschoningsrecht hen daarmee niet toe. Ook is met het toekennen van het verschoningsrecht aan de verdediging de mogelijkheid ontnomen de twee hierover te bevragen.
In de visie van de AG gaat deze cassatieklacht niet op. Het oordeel van het gerechtshof dat aan de twee geestelijk verzorgers een verschoningsrecht toekomt acht de AG juist. Dat met het toekennen van het beroep op het verschoningsrecht aan de verdediging een adequate en effectieve ondervragingsmogelijkheid is ontnomen, klopt. Echter het hof heeft uitvoerig overwogen dat dit het recht op een eerlijk proces niet in de weg staat omdat uit andere bronnen voldoende informatie is verkregen over de beweerdelijke uitlatingen van de medeverdachte.
Ook de andere cassatieklachten leiden in de visie van de AG niet tot vernietiging van de uitspraak. De veroordeling en de opgelegde straf kunnen dan ook in stand blijven.
De uitspraak van de Hoge Raad is voorlopig bepaald op 7 januari 2020.
De conclusie van de advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat al dan niet te volgen. De advocaat-generaal is lid van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie.