Hoge Raad gestart met verplicht digitaal procederen in civiele verzoekzaken
Digitaal procederen nu in alle soorten zaken bij de Hoge Raad mogelijk
Met ingang van vandaag, 1 april 2021, is de Hoge Raad gestart met het verplicht digitaal procederen in civiele verzoekzaken.
In civiele vorderingszaken wordt al sinds maart 2017 digitaal geprocedeerd. Met de uitbreiding van vandaag is het nu verplicht ook in civiele verzoekzaken bij de Hoge Raad digitaal te procederen via het webportaal ‘Mijn Zaak Hoge Raad’. In (civiele) verzoekschriftprocedures die vóór 1 april 2021 gestart zijn, blijft op de gebruikelijke wijze geprocedeerd worden.
Het procesreglement van de Hoge Raad bevat met ingang van vandaag ook bepalingen die betrekking hebben op digitaal procederen in civiele verzoekzaken bij de Hoge Raad.
Bij de voorbereiding van het digitaal procederen in verzoekzaken heeft de Hoge Raad dankbaar gebruik gemaakt van suggesties die gedaan zijn in de online testbijeenkomsten en in de consultatie over het procesreglement. Voor advocaten en kantoormedewerkers zijn online instructiebijeenkomsten georganiseerd om de werking en de uitbreiding van het webportaal toe te lichten.
Met de stap van vandaag is het mogelijk geworden in vrijwel alle zaken van de Hoge Raad in alle drie de rechtsgebieden digitaal te procederen. Het webportaal ‘Mijn Zaak Hoge Raad’ is sinds 2016 beschikbaar voor het indienen van schriftelijke opmerkingen in de prejudiciële procedure bij de belastingkamer. Sinds maart 2017 is het portaal in gebruik voor de civiele vorderingszaken; vanaf 17 december 2018 voor reguliere strafzaken en ontnemingszaken en sinds vorig jaar ook voor de andere strafzaken (1 februari 2020) en in de zaken van de belastingkamer (15 april 2020).
Advocaten hebben positieve ervaringen opgedaan met het digitaal procederen via het webportaal. Met name het gebruiksgemak, de eenvoud en de betrouwbaarheid worden in de evaluaties genoemd.