Hoge Raad vernietigt uitspraak hof in arbitragezaak Yukos
Hoge Raad stelt Russische Federatie op één punt in het gelijk
Het gerechtshof Den Haag liet in 2020 de arbitrale uitspraken uit 2014 waarbij de Russische Federatie veroordeeld is tot betaling van schadevergoeding van ongeveer 50 miljard US dollar aan drie (voormalige) grootaandeelhouders in Yukos Oil Company in stand. De Hoge Raad heeft vandaag deze uitspraak en de daaraan voorafgaande tussenuitspraak van het hof vernietigd. Dat komt omdat de Hoge Raad in de cassatieprocedure de Russische Federatie op één punt in het gelijk stelt. De overige bezwaren zijn verworpen. De zaak wordt verwezen naar het gerechtshof Amsterdam om op het desbetreffende punt opnieuw te worden behandeld en beoordeeld.
De zaak
Yukos Oil Company was een van de grootste olie- en gasmaatschappijen in de Russische Federatie. In de jaren ’90 van de vorige eeuw is Yukos geprivatiseerd. In de jaren 2003-2006 heeft de Russische Federatie een aantal omvangrijke belastingheffingen aan Yukos opgelegd en in verband daarmee een belangrijke productiemaatschappij van Yukos geveild. Uiteindelijk is Yukos in 2006 failliet verklaard.
Drie (voormalige) grootaandeelhouders van Yukos (Veteran Petroleum Ltd., Yukos Universal Ltd. en Hulley Enterprises Ltd.) hebben daarop een arbitrageprocedure tegen de Russische Federatie aanhangig gemaakt. Arbitrage is een vorm van particuliere rechtspraak, waarbij onafhankelijke arbiters (het scheidsgerecht) over de zaak oordelen. De arbitrageprocedure vond plaats in Den Haag. In de arbitrale vonnissen van 18 juli 2014 heeft het scheidsgerecht de Russische Federatie veroordeeld om aan de drie aandeelhouders in totaal ongeveer 50 miljard US dollar te betalen als schadevergoeding. De Russische Federatie heeft vervolgens bij de Nederlandse rechter geëist dat de arbitrale vonnissen worden vernietigd. De rechtbank gaf de Russische Federatie gelijk. In hoger beroep besliste het gerechtshof dat het vonnis van de rechtbank niet juist was en heeft het de vordering tot vernietiging van de arbitrale vonnissen afgewezen. Dit betekende dat de arbitrale vonnissen weer van kracht werden. Tegen die beslissing stelde de Russische Federatie beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.
Cassatieprocedure
De Russische Federatie heeft de Hoge Raad verzocht de uitspraken van het gerechtshof te vernietigen. De argumenten die door de Russische Federatie zijn ingebracht gaan onder meer over de wijze waarop het hof is omgegaan met het betoog van de Russische Federatie dat de aandeelhouders in de arbitrageprocedure bedrog zouden hebben gepleegd. Verder vindt de Russische Federatie dat het scheidsgerecht en het hof zijn uitgegaan van een onjuiste uitleg van de bepalingen uit het Verdrag inzake het Energiehandvest waarop het scheidsgerecht zijn bevoegdheid heeft gebaseerd. Ook is de Russische Federatie van mening dat het scheidsgerecht zich niet aan zijn opdracht heeft gehouden en dat de arbitrale vonnissen in strijd zijn met de openbare orde.
Advies advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft de Hoge Raad geadviseerd het cassatieberoep van de Russische Federatie te verwerpen en daarmee de uitspraken van het gerechtshof in stand te laten.
Oordeel Hoge Raad
De Hoge Raad heeft de Russische Federatie op één onderdeel in het gelijk gesteld. Hij is van oordeel dat het gerechtshof Den Haag ten onrechte om procedurele redenen het betoog van de Russische Federatie dat de aandeelhouders in de arbitrageprocedure bedrog zouden hebben gepleegd, buiten beschouwing heeft gelaten en daar dus niet een inhoudelijk oordeel over heeft gegeven. Daarom kunnen de uitspraken van het gerechtshof niet in stand blijven.
De Hoge Raad heeft de overige klachten van de Russische Federatie verworpen. Dit betreft onder meer de klachten van de Russische Federatie over de uitleg van de verdragsbepalingen waarop het scheidsgerecht zijn bevoegdheid heeft gebaseerd, en de klacht dat het scheidsgerecht zich niet aan zijn opdracht heeft gehouden. De beslissing van het gerechtshof op deze punten is met de verwerping door de Hoge Raad definitief.
Gevolg
De Hoge Raad heeft de uitspraken van het gerechtshof vernietigd en de zaak verwezen naar het gerechtshof Amsterdam om het desbetreffende punt opnieuw te behandelen en beoordelen.
Uitspraak op rechtspraak.nl
ECLI:NL:HR:2021:1645