Hoge Raad maakt informatie over de aanhangige civiele cassatiezaken voor een ieder digitaal toegankelijk
Met ingang van vandaag is (bepaalde) informatie over de zaken die aanhangig zijn bij de civiele kamer van de Hoge Raad voor een ieder digitaal toegankelijk. Dat gebeurt door middel van een lijst met de lopende civiele zaken op de website www.hogeraad.nl.
De verbeterde informatievoorziening over civiele procedures vloeit voort uit een uitspraak van de Hoge Raad van 21 april 2023 (zie hierna onder ‘Achtergrond’) over de betekenis van het beginsel van openbaarheid van rechtspraak en daarmee verband houdende wettelijke bepalingen. Deze uitspraak brengt met zich dat gerechtelijke instanties (rechtbanken, gerechtshoven en de Hoge Raad) bepaalde informatie over aanhangige civiele zaken moeten verstrekken aan anderen dan procespartijen.
Lijst lopende civiele zaken bij de Hoge Raad
Met ingang van vandaag zijn via de website van de Hoge Raad de aanhangige civiele zaken digitaal vindbaar en kan de voortgang van de zaak worden gevolgd. De gegevens zijn geanonimiseerd volgens de Pseudonimiseringsrichtlijn die ook geldt voor de publicatie van uitspraken.
Een zaak wordt op de lijst weergegeven vanaf het moment dat de zaak bij de Hoge Raad aanhangig is. In de meeste gevallen is dit (op of kort na) de datum van indiening van de procesinleiding. De lijst bevat ook de prejudiciële zaken en de vorderingen tot cassatie in het belang der wet. In de loop van de procedure worden verschillende processtatussen zichtbaar, zoals onder meer de status van ‘partijdebat’, ‘mondeling pleidooi’, ‘in behandeling bij het parket’, ‘in behandeling bij de Raad’ en ‘uitgesproken’. Ook worden in de lijst de linkjes opgenomen naar de uitspraak in de vorige instantie, de conclusie van de procureur-generaal (PG) en de uitspraak van de Hoge Raad. De zaak blijft tot zes maanden na de uitspraak op de lijst staan (met de vermelding van de status ‘uitgesproken’).
Het is binnen de lijst mogelijk te zoeken, bijvoorbeeld op ECLI, op naam procespartij (voor zover deze in de lijst is weergegeven) en op type zaak of rechtsgebied zoals arbeidsrecht of intellectuele eigendom.
Mocht iemand een vraag hebben die niet beantwoord kan worden aan de hand van de informatie in de lijst, dan kan die vraag telefonisch of via de e-mail aan de Hoge Raad worden gesteld.
Achtergrond
Op 21 april 2023 deed de Hoge Raad uitspraak n.a.v. een vordering tot cassatie in het belang der wet waarin de volgende vragen centraal stonden: Moeten gerechtelijke instanties informatie over civiele procedures verstrekken aan anderen dan partijen? En zo ja, om welke informatie gaat het dan?
De Hoge Raad oordeelde dat er een wettelijke grond bestaat voor het verstrekken van informatie aan een derde. De Hoge Raad stelde voorop dat bij de beantwoording van de vraag wélke informatie over civiele procedures aan derden moet worden verstrekt, naast de openbaarheid van rechtspraak, ook het recht op bescherming van persoonsgegevens van belang is.
Voor openbare zittingen geldt volgens de Hoge Raad als hoofdregel dat de gerechten aan een ieder die daarom verzoekt, tijdig bepaalde informatie moeten verschaffen, met inachtneming van de beperkingen die de Algemene Verordening Gegevensbescherming stelt. De hoofdregel dat informatie over openbare zittingen moet worden verstrekt berust mede op rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens over artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, waarin onder meer is bepaald dat ieder recht heeft op een openbare behandeling van zijn zaak.
Rechterlijke uitspraken zijn openbaar en kunnen door iedereen worden opgevraagd. In de regel is het verstrekken van een geanonimiseerde versie van de uitspraak of verwijzing naar de publicatie van de geanonimiseerde uitspraak op rechtspraak.nl, voldoende om aan het vereiste van openbaarheid te voldoen. De overige inhoud van het procesdossier is niet openbaar.
Klik hier om de lijst te bekijken.