Advies plv. AG aan Hoge Raad: laat veroordeling van voormalig gerechtsdeurwaarder voor onder meer verkrachtingen en aanranding in stand
De veroordeling van een voormalig gerechtsdeurwaarder voor verschillende verkrachtingen, aanranding en ambtelijke omkoping van een aantal vrouwen in de provincie Limburg kan in stand blijven. Dat adviseert plaatsvervangend advocaat-generaal (AG) Sinnige de Hoge Raad in haar conclusie van vandaag.
De zaak
Het gerechtshof stelde in hoger beroep vast dat de verdachte als gerechtsdeurwaarder aan de deur kwam bij de vrouwen, van wie hij wist dat ze in problematische persoonlijke en financiële omstandigheden verkeerden. Hij zei tegen de vrouwen dat hij hun spullen in beslag kon nemen en – in twee van de drie gevallen – de vrouwen en hun kinderen uit hun huis kon zetten. Hij deed vervolgens het voorstel om seks met hem te hebben en zo van de schulden af te komen. Volgens het hof zagen deze kwetsbare vrouwen, met de zorg voor kleine kinderen, uit angst hiervoor geen andere uitweg dan tegemoet te komen aan de eisen van verdachte en seks met hem te hebben.
Het hof veroordeelde de verdachte voor verkrachting van drie vrouwen. Hij werd ook veroordeeld voor aanranding van één vrouw en van passieve ambtelijke omkoping omdat hij vier vrouwen vroeg seks met hem te hebben in ruil voor een tegenprestatie: het iets doen of nalaten als gerechtsdeurwaarder.
Het gerechtshof legde zes jaar gevangenisstraf op. Tegen deze uitspraak ging de verdachte in cassatie bij de Hoge Raad.
Cassatie(klachten)
De advocaten van de verdachte vragen de Hoge Raad de uitspraak van het hof te vernietigen. In cassatie wordt onder meer geklaagd over het bewijs voor de verkrachtingen. Deze cassatieklachten komen er in de kern op neer dat volgens de verdediging uit het bewijs niet kan worden afgeleid dat de vrouwen psychisch kwetsbaar waren en dat de verdachte daarvan wist. Ook zou daaruit niet kunnen volgen dat de vrouwen kampten met grote financiële problemen. Daarnaast is geklaagd dat geen sprake is van passieve ambtelijke omkoping omdat niet blijkt dat de verdachte in zijn bediening als deurwaarder iets voor de vrouwen zou doen of nalaten. Ook is geklaagd dat het hof bij de strafoplegging voor de passieve ambtelijke omkoping is uitgegaan van een te hoog strafmaximum.
Advies plv. AG
De plv. AG is van mening dat de cassatieklachten over het bewijs voor de verkrachtingen niet kunnen slagen. Volgens haar kunnen de psychische kwetsbaarheid van de vrouwen en hun schulden uit de bewijsmiddelen worden afgeleid. Het oordeel van het hof dat de verdachte de vrouwen heeft gedwongen tot seks en dat daarmee sprake is van verkrachting is volgens de AG dan ook niet onbegrijpelijk.
Ook de bewijsklacht over de passieve ambtelijke omkoping slaagt niet. Volgens de plv. AG kan uit de bewijsmiddelen worden afgeleid dat de verdachte als deurwaarder bij de vrouwen langskwam in verband met schulden en de vrouwen in de veronderstelling bracht dat de door hem gevraagde seksuele diensten tot vermindering van de schulden zouden kunnen leiden.
Ook de cassatieklacht over de strafoplegging voor de passieve ambtelijke omkoping slaagt volgens de plv. AG niet. Volgens de verdediging had het hof het oude wetsartikel in het Wetboek van Strafrecht dat spreekt van een strafmaximum van vier jaar moeten toepassen in plaats van het door het hof toegepaste nieuwe wetsartikel waarin een strafmaximum van zes jaar is vermeld. Ondanks dat het volgens de plv. AG mogelijk is dat het hof bij de strafmotivering met een onjuist strafmaximum rekening heeft gehouden hoeft dit volgens haar niet tot vernietiging van de uitspraak van het hof te leiden. In de zaak is sprake van meerdere en verschillende strafbare feiten waar het hof maximaal zestien jaar gevangenisstraf voor had kunnen opleggen. Met een gevangenisstraf van zes jaar is het hof daar ver onder gebleven.
De plv. AG adviseert de Hoge Raad de veroordeling en de opgelegde straf in stand te laten.
Uitspraak Hoge Raad
De uitspraak van de Hoge Raad is (voorlopig) bepaald op 22 april 2025.
De conclusie van de plv. advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat advies al dan niet te volgen. De plv. advocaat-generaal is verbonden aan het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie.
Publicatie op rechtspraak.nl
Wilt u nieuwsberichten van de Hoge Raad ontvangen? Abonneer u dan op de nieuwsservice van de Hoge Raad. Met deze nieuwsservice krijgt u automatisch een e-mail zodra een nieuwsbericht op onze website verschijnt. U kunt zelf kiezen welke attendering u wilt ontvangen. Meer informatie vindt u onder ‘Nieuwsservice’ op onze website www.hogeraad.nl.