Advies AG aan Hoge Raad: veroordeling wegens onder meer moord in Eindhoven kan in stand blijven
De veroordeling van een verdachte voor onder meer de moord op een man bij een hotel in Eindhoven op 13 april 2015 kan in stand blijven. Dat adviseert advocaat-generaal (AG) Keulen de Hoge Raad in zijn conclusie van dinsdag 28 januari 2025.
De zaak
Het slachtoffer bracht de avond van 12 april 2015 in een café door en vertrok even na middernacht met zijn auto naar een hotel in Eindhoven, waar hij destijds verbleef. Uit bewakingsbeelden van het hotel bleek dat het slachtoffer iets voor 01.00 uur aankwam bij het parkeerterrein van het hotel. Op het moment dat hij stopte voor de slagboom van dat parkeerterrein, kwam een persoon met een vuurwapen in zijn hand aangerend, schoot meerdere keren met dat wapen richting het slachtoffer en rende daarna weg. Het slachtoffer overleed ter plekke. Iets minder dan een jaar voor de moord was de verdachte al betrokken bij een poging om dezelfde man van het leven te beroven, door hem te slaan met een ijzeren pijp.
In de procedure bij het hof bracht het Openbaar Ministerie (OM) een kroongetuige in. Het hof vond zijn verklaringen echter onvoldoende betrouwbaar en heeft deze niet gebruikt voor het bewijs.
Het gerechtshof veroordeelde de verdachte voor de moord en het medeplegen van poging tot doodslag tot een gevangenisstraf van 20 jaar. Voor het bewijs gebruikte het hof onder meer telefoongegevens, weergaven van camerabeelden en de resultaten van DNA-onderzoek aan celmateriaal op twee kogelhulzen.
Tegen de uitspraak van het hof stelde de verdachte beroep in cassatie in bij de Hoge Raad.
Cassatie(klachten)
De advocaat van de verdachte vraagt de Hoge Raad de uitspraak van het hof te vernietigen. In cassatie wordt onder meer geklaagd over de verwerping van het verweer dat het OM niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging in verband met de inzet van de kroongetuige, over de bewijsvoering van de moord, over de motivering van de straf en over schending van het vereiste van berechting binnen een redelijke termijn.
Advies AG
De AG concludeert dat de cassatieklacht over de verwerping van het verweer dat het OM niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging, niet tot vernietiging van de uitspraak kan leiden. Het hof heeft overwogen dat het de verklaringen van de kroongetuige niet voor het bewijs gebruikt, en dat om die reden geen sprake kan zijn van een onherstelbare inbreuk op het recht op een eerlijk proces. Het hof voegde daaraan toe dat de door de verdediging gestelde ‘bewuste misleiding’ van de verdediging en het hof door het OM, door het achterhouden van informatie over de kroongetuige en het schetsen van een beeld van een betrouwbare kroongetuige, niet aannemelijk is geworden. De AG meent dat het oordeel van het hof niet onbegrijpelijk is en toereikend gemotiveerd. Deze cassatieklacht slaagt dan ook niet. Dat geldt ook voor de bewijsklachten en de klacht over de motivering van de strafoplegging. Wel slaagt de klacht over de schending van de redelijke termijn.
De AG adviseert de Hoge Raad dan ook de veroordeling in stand te laten en de opgelegde gevangenisstraf in verband met een overschrijding van de redelijke termijn volgens de gebruikelijke maatstaf te verminderen.
Uitspraak Hoge Raad
De uitspraak van de Hoge Raad is (voorlopig) bepaald op 8 april 2025.
De conclusie van de advocaat-generaal is een onafhankelijk advies aan de Hoge Raad, die vrij is dat advies al dan niet te volgen. De advocaat-generaal maakt deel uit van het parket bij de Hoge Raad. Het parket bij de Hoge Raad is een zelfstandig, onafhankelijk onderdeel van de rechterlijke organisatie. Het behoort niet tot het Openbaar Ministerie.
Publicatie op rechtspraak.nl
Wilt u nieuwsberichten van de Hoge Raad ontvangen? Abonneer u dan op de nieuwsservice van de Hoge Raad. Met deze nieuwsservice krijgt u automatisch een e-mail zodra een nieuwsbericht op onze website verschijnt. U kunt zelf kiezen welke attendering u wilt ontvangen. Meer informatie vindt u onder ‘Nieuwsservice’ op onze website www.hogeraad.nl.