De Hoge Raad heeft vandaag antwoord gegeven op de vraag of de wijze waarop deurwaarders sinds de uitbraak van het COVID-19-virus dagvaardingen en andere exploten betekenen (ook wel ‘corona-betekening’ genoemd) rechtsgeldig is. Voor de betekening van exploten geldt volgens de wet als hoofdregel dat het exploot wordt overhandigd aan de persoon voor wie het bestemd is, of een huisgenoot of andere persoon die zich aan het woonadres bevindt. Pas als dat ‘feitelijk onmogelijk’ blijkt, mag de deurwaarder een afschrift van het exploot in een gesloten envelop aan het woonadres van de geadresseerde achterlaten.