Klachten en overige correspondentie

De interne klachtenregeling van de Hoge Raad geeft een ieder het recht om bij de president van de Hoge Raad een klacht in te dienen over de wijze waarop de Hoge Raad, een lid van de Hoge Raad of de griffier van de Hoge Raad zich in een bepaalde aangelegenheid tegenover hem heeft gedragen. Niet kan worden geklaagd over gedragingen waartegen een procedure bij een rechterlijke instantie openstaat of heeft opengestaan. Klachten kunnen ook niet een rechterlijke beslissing betreffen noch de wijze van totstandkoming daarvan, met inbegrip van de in dat kader genomen beslissingen van procedurele aard. Klachten die zijn gericht tegen gedragingen van waarnemend griffiers worden de griffier van de Hoge Raad toegerekend in die gevallen waarin het gaat om de uitoefening van bevoegdheden die de wet aan de griffier toekent. Ook deze klachten worden onder deze klachtenregeling behandeld.

Op grond van de klachtenregeling wordt jaarlijks een overzicht gepubliceerd van de geregistreerde en door de president behandelde en afgehandelde klachten.

Verslagperiode

In 2022 heeft de president op grond van de klachtenregeling één klacht behandeld.

De klacht was gericht tegen een vicepresident van de Hoge Raad. De klager schreef het als schofferend te hebben ervaren dat zijn zaak was afgedaan met toepassing van artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. Deze klacht had betrekking op de motivering van het arrest en daarmee op de rechterlijke beslissing zelf. Volgens de klachtenregeling kan daarover niet worden geklaagd. De klacht was dan ook kennelijk ongegrond.

Overige correspondentie

De Hoge Raad en de president van de Hoge Raad hebben ook in 2022 over uiteenlopende onderwerpen brieven en e-mails ontvangen. Sommigen wenden zich bijvoorbeeld tot de Hoge Raad of de president met een klacht omdat zij ontevreden zijn over een arrest van de Hoge Raad of over uitspraken van andere rechterlijke colleges. Ook worden klachten ontvangen over een beslissing of een reactie van de procureur-generaal bij de Hoge Raad in het kader van één van zijn bijzondere taken. Deze brieven en e-mails vallen niet binnen het bereik van de klachtenregeling en worden in de regel door de griffier van de Hoge Raad in die zin beantwoord.

Anderen brengen meer algemeen maatschappelijke onderwerpen en hun onvrede daarover of problemen en kwesties in hun persoonlijke situatie onder de aandacht van de Hoge Raad en/of de president. De griffier van de Hoge Raad handelt ook deze correspondentie af. In de meeste gevallen kan de Hoge Raad en/of de president niets voor de betrokkene betekenen. Waar mogelijk wordt verwezen naar andere instanties of juridische hulpverleners.