Jaarrekening

Hieronder vindt u de financiële jaarrekening 2024. Het totale toegekende budget, inclusief incidentele gelden voor projecten, bedroeg in 2024 41.433.000 euro. De staat van verplichtingen, uitgaven en ontvangsten en de saldibalans zijn voorzien van een nadere toelichting.

De jaarrekening is gecontroleerd door een onafhankelijke externe accountant; PricewaterhouseCoopers accountants N.V. De accountant oordeelt een getrouw beeld van de uitkomsten van de begrotingsuitvoering over 2024 en de rechtmatigheid van de in de jaarverantwoording van de Hoge Raad der Nederlanden opgenomen verplichtingen, uitgaven en ontvangsten en saldibalansposten in overeenstemming met de Comptabiliteitswet 2016 en de daaruit voortvloeiende regelgeving en bepalingen bij en krachtens de Wet normering topinkomens (WNT). Op 13 maart 2025 is door PricewaterhouseCoopers accountants N.V. een goedkeurende verklaring afgegeven.

1. Staat van verplichtingen, uitgaven en ontvangsten

*Eventuele verschillen in bovenstaande en volgende tabellen worden veroorzaakt door afrondingen op hele euro's.

Bij aanvang van het begrotingsjaar bedroeg het daadwerkelijk toegekende budget (IBOS) 37.005.000 euro. Gedurende het jaar zijn er een aantal aanvullende financiële middelen toegekend die aan het budget toegevoegd zijn (zie 3.2). Met de toevoeging van deze middelen is het totale toegekende budget 2024 uitgekomen op 41.433.000 euro. Op basis van de prognose was de verwachting dat deze nagenoeg zou uitkomen op het toegekende budget.

Nadat de tweede suppletoire begrotingsvoorbereiding was gesloten, werd duidelijk dat het toegekende spaarverlof dat effectief is ingegaan per 1-1-2024 binnen de cao rechterlijke macht (CAO RM) tot uitbetaling zou leiden in 2024. De hiermee gepaard gaande verwachte overschrijding is destijds met Justitie en Veiligheid (JenV) besproken en JenV heeft akkoord gegeven op overschrijding van het budget. Over- en onderschrijdingen – zoals ten aanzien van externe kosten – worden hierna toegelicht. De realisatie ten opzichte van het budget komt uit op een overschrijding van 445.252 euro (+1,07%).

2. Saldibalans per 31 december 2024

3. Toelichting op de jaarrekening 2024

3.1 Uitgangspunten bij het opstellen van de jaarrekening

De jaarrekening biedt inzicht in de gerealiseerde kasuitgaven en -ontvangsten ten opzichte van de begroting in het jaarplan 2024. De kasuitgaven worden onderscheiden naar Eigen personeel salarissen, Eigen personeel overig, Externe inhuur, Materieel, Materieel ICT en Shared Service Organisaties (SSO’s). De ontvangsten zijn onderverdeeld naar inhoudingen en ontvangsten personeel, overige ontvangsten en de bijdragen van het ministerie van Justitie en Veiligheid.

In de jaarrekening wordt onderscheid gemaakt tussen kasuitgaven en -ontvangsten binnen en buiten begrotingsverband. Tot kasuitgaven buiten begrotingsverband behoren de kasuitgaven die niet op het budget van de Hoge Raad drukken. Tot ontvangsten buiten begrotingsverband behoren de ontvangsten die direct ten gunste van de begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid worden gebracht.

3.2 Mutaties ten opzichte van het oorspronkelijke budget 2024

3.3 Uitgaven

Eigen personeel uitgaven

De realisatie op “Eigen personeel totaal” is 0,478 mln. euro hoger dan de prognose. Dit komt omdat er per 1-1-2024 gewerkt wordt met een individueel keuze budget (IKB) bij de cao rechterlijke macht (RM). Bij de cao Rijk gold dit al. Hierbij is de keuze om spaarverlof op te bouwen of uit te laten betalen. De leden van de RM hebben grotendeels gekozen voor het laten uitbetalen van het spaarverlof. Daarnaast is de loonsom hoger, omdat er saldi zijn uitbetaald over het vakantiegeld en eindejaarsuitkering die nog waren opgebouwd in 2023. Door deze overgang is de loonsom hoger geweest in 2024 en dat is eenmalig, omdat IKB jaarlijks volledig wordt uitbetaald. Ook de overige personeelskosten zijn hoger uitgevallen dan de prognose. Dit is voornamelijk toe te schrijven aan hogere wervingskosten en geplande intensivering van stimulering ontwikkeling medewerkers. Dit vertaalt zich in hogere opleidingskosten.

Eigen personeel overig

De realisatie op “Eigen personeel overig” is 0,238 mln. euro hoger dan de prognose. Een geplande intensivering met betrekking tot ontwikkeling door middel van opleidingsprogramma’s heeft in 2024 geleid tot hogere opleidingskosten. Daarnaast zijn er hogere wervingskosten in verband met het werven van specifieke functies op de arbeidsmarkt. De post “Overige personeelskosten” is hoger dan prognose vanwege lagere ontvangsten vanuit het UWV op grond van de Wet arbeid en zorg. Deze ontvangsten waren in 2024 lager dan de trend van afgelopen jaren. De grootste post hiervan betreft de loonkosten gecompenseerd vanuit het UWV voor wat betreft genoten zwangerschaps- en ouderschapsverlof.

De detacheringsontvangsten zijn nagenoeg geheel toe te schrijven aan detacheringen van personeel van de Hoge Raad (medewerkers van het wetenschappelijk bureau) bij rechtbanken, gerechtshoven en het ministerie van Justitie en Veiligheid. De uitgaven die gepaard gaan met detacheringen vanuit rechtbanken en gerechtshoven bij de Hoge Raad worden op deze ontvangsten in mindering gebracht. Gemiddeld genomen worden er meer medewerkers uitgeleend dan ingeleend waardoor er per saldo een hoger bedrag wordt terugontvangen. Ook in 2024 was dit het geval. In het kader van loopbaanontwikkeling worden detacheringen actief gestimuleerd.

Externe inhuur

De realisatie op budgetcode “Externe inhuur” is 0,113 mln. hoger dan de prognose. De overschrijding ten opzichte van de prognose komt vanwege een hogere benodigde inhuur in 2024. Dit betreft voornamelijk inhuur met betrekking tot incidentele werkzaamheden en inhuren van specifieke functies in verband met arbeidsmobiliteit van personeel. Daarnaast is soms meer inhuur noodzakelijk vanwege de krapte op de arbeidsmarkt waardoor soms voor langere periodes ingehuurd moet worden om tijdelijk vaste functies te bezetten.

Exploitatie overig

De realisatie over de budgetcode “Exploitatie overig” is 0,291 mln. euro lager dan de prognose. Dit komt voornamelijk door de lagere realisatie ten opzichte van prognose bij “Automatiseringsdeskundigen onderhoud en beheer”. Deze inhuur is deels ingezet op inhuurbasis in plaats van projectbasis en derhalve zijn deze kosten verantwoord bij “Externe inhuur” hiervoor.

Materieel ICT

De kosten t.b.v. materieel ICT betreft de kosten van het onderhouden van de ICT-infrastructuur in de organisatie. Dit betreft de materiële kosten zoals mobiele telefonie, licenties alsook hard- en software. De realisatie is vrijwel gelijk aan de prognose.

SSO's (Shared Service Organisatie(s))

Op de budgetcode “SSO’s” worden de personele en de materiële uitgaven van de in rekening gebrachte kosten door de SSO’s van de Rijksoverheid geboekt. De realisatie is vrijwel gelijk aan de prognose.

4. Toelichting op de saldibalans per 31 december 2024

Openstaande verplichtingen

De stand van de verplichtingen per 31 december 2024 omvat alle openstaande verplichtingen met kasramingen tot en met het jaar 2027.

5. Bezoldiging leden van het dagelijks bestuur

Verantwoording bezoldiging leden dagelijks bestuur Hoge Raad der Nederlanden

Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende regelgeving: “het algemene WNT-maximum”.

Het bezoldigingsmaximum vanuit de WNT is in 2024 € 233.000. Het weergegeven toepasselijke WNT-maximum per persoon of functie is berekend naar rato van de omvang (en voor topfunctionarissen tevens de duur) van het dienstverband, waarbij voor de berekening de omvang van het dienstverband nooit groter kan zijn dan 1,0 fte. De Hoge Raad zoekt aansluiting bij de WNT en publiceert jaarlijks de gegevens van de leden van het dagelijks bestuur van de Hoge Raad overeenkomstig toepassing van het verantwoordingsmodel WNT 2024.

Verantwoording bezoldiging leden van het dagelijks bestuur (pdf, 313 kB)