Beelden


Cornelis van Bynkershoek

Cornelis van Bynkershoek was een Nederlandse jurist en rechtsgeleerde. Met o.a. zijn werk ‘De dominio maris’ uit 1702 droeg hij bij aan de ontwikkeling van het internationaal recht. Met name zijn visie op de ontwikkeling van de Wetten van de Zee was belangrijk; kuststaten zouden recht hebben op aangrenzende wateren.
Van 1704 tot 1724 was hij raadsheer en vervolgens president van de Hoge Raad van Holland, Zeeland en West-Friesland. In die tijd hield hij een dagboek bij van de argumentatie in rechtszaken en motivatie van vonnissen, wat van groot belang was voor de kennis van de rechtspraak van de Hoge Raad in de eerste helft van de achttiende eeuw.

Ulricus Huber

Ulricus Huber was een Nederlandse professor in de rechtsgeleerdheid en een politiek filosoof. Van 1679 tot 1682 was Ulrik Huber rechter aan het Hof van Friesland.
Hij heeft een aantal belangrijke werken gepubliceerd, waaronder ‘De jure civitatis libri tres’ uit 1672. Hij werd internationaal beroemd door zijn studies over het Romeins recht en leverde een belangrijke bijdrage aan het Rooms-Hollands recht.

Hugo de Groot

Hugo de Groot was een rechtsgeleerde en schrijver. Hij wordt beschouwd als een van de grootste juristen ooit. Zijn belangrijkste werken liggen dan ook op historisch en juridisch gebied, waarvan het bekendste ‘De iure belli ac pacis’ uit 1625 is, over het recht van oorlog en vrede. Het moderne volkenrecht is hier op gebaseerd. Ook is hij bekend vanwege zijn pleidooi voor de vrije toegang tot de zee.
Hugo de Groot deed de uitspraak

UBI IUDICIA DEFICIUNT INCIPIT BELLUM

Vrij vertaald: ‘waar rechterlijke beslissingen tekort schieten, begint de oorlog’. Deze spreuk prijkt op de wand van de hal van de Hoge Raad.

Simon van Leeuwen

Simon van Leeuwen was een rechtsgeleerde. Na een carrière als advocaat werd hij in 1681 benoemd bij de Hoge Raad. Zijn boeken waren erg belangrijk en werden daarom veel vertaald.

Johannes Voet

Johannes Voet was een rechtsgeleerde, die als hoogleraar en later als rector magnificus werkzaam was. Zijn beroemdste werk is de ‘Commentarius ad Pandectas’, wat nu nog steeds een belangrijke rechtsbron is voor het in Zuid-Afrika gehanteerde Rooms-Hollands recht.

Joan Melchior Kemper

Joan Melchior Kemper was een politicus en staatsrechtsgeleerde uit de periode van koning Willem I. Eerst was hij hoogleraar, later werd hij lid van de Tweede Kamer. In deze hoedanigheid, en als voorzitter van diverse commissies, had hij een belangrijk aandeel in de codificatie van het recht, het vastleggen van het recht om de rechtszekerheid te vergroten.