Prejudiciële vraag 24/02151


Rechtsgebied
Civiel
Datum publicatie
5 juni 2024
Verwijzende instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem (200.330.285/01)
Datum uitspraak
4 juni 2024
Vindplaats uitspraak
ECLI:NL:GHARL:2024:3741
Status
In behandeling bij Raad
Datum conclusie PG
30 augustus 2024
Vindplaats conclusie PG
ECLI:NL:PHR:2024:862

Behoort de bewindvoerder die is benoemd op grond van artikel 1:431 BW tot de kring van wettelijke vertegenwoordigers als bedoeld in artikel 4:193 BW?

[Vraag A] Behoort de bewindvoerder die is benoemd op grond van artikel 1:431 BW tot de kring van wettelijke vertegenwoordigers als bedoeld in artikel 4:193 BW?
en, indien het antwoord op vraag A bevestigend luidt:
[Vraag B] Dient ook de bewindvoerder van een meerderjarigenbewind de verklaring van verwerping, van beneficiaire aanvaarding of van zuivere aanvaarding binnen de door artikel 4:193 lid 1 BW voorgeschreven termijn van drie maanden (eventueel te verlengen door de kantonrechter) af te leggen?
[Vraag C] Geldt indien de bewindvoerder de verklaring van verwerping, beneficiaire aanvaarding of zuivere aanvaarding niet binnen drie maanden aflegt, de nalatenschap als door de rechthebbende beneficiair aanvaard?
[Vraag D] Geldt ook in geval van verwerping door de rechthebbende in een meerderjarigenbewind dat die verklaring binnen drie maanden moet worden afgelegd en dat bij het ongebruikt verstrijken van die termijn de nalatenschap als beneficiair aanvaard geldt?