Prejudiciële vraag 24/04506
- Rechtsgebied
- Civiel
- Datum publicatie
- 12 december 2024
- Verwijzende instantie
- Rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond (C/03/320026/ HA ZA 23-297)
- Datum uitspraak
- 11 december 2024
- Vindplaats uitspraak
- Status
- Ingekomen
Boedel wettelijke rente verschuldigd vanwege de niet-tijdige voldoening v/h loon dat op grond v. art. 40 lid 2 Fw als boedelschuld wordt aangemerkt en valt onder aanspraken die op grond v/d loongarantieregeling door UWV worden overgenomen?
4.1. stelt de volgende prejudiciële vragen aan de Hoge Raad:
1. Is de boedel wettelijke rente verschuldigd vanwege de niet-tijdige voldoening van het
loon dat op grond van artikel 40 lid 2 Fw als boedelschuld wordt aangemerkt en valt
onder de aanspraken die op grond van de loongarantieregeling door het UWV worden
overgenomen?
2. Is de boedel de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW verschuldigd vanwege de niet-tijdige voldoening van het loon dat op grond van artikel 40 lid 2 Fw als boedelschuld
wordt aangemerkt?
3. Is voor het antwoord op vraag 2 relevant of:
a. Het aanspraken betreft die op grond van de loongarantieregeling door het UWV
worden overgenomen; en/of
b. Onzeker is of de boedel ten tijde van de slotuitdeling voldoende middelen zal
hebben om. met inachtneming van de tussen de boedelschuldeisers geldende
onderlinge rangorde, de boedelschuld ex artikel 40 lid 2 Fw te voldoen?
c. Indien en voor zover liet antwoord op vraag 1 en/of 2 bevestigend luidt: welke rang
komt toe aan de desbetreffende vordering?
d. Indien en voor zover het antwoord op vraag 2 bevestigend luidt: in hoeverre is de
omstandigheid dat sprake is van een faillissement een grond voor matiging als
bedoeld in de laatste volzin van artikel 7:625 lid 1 BW?
e. Is een curator uit hoofde van zijn wettelijke taak gehouden werknemers uit eigen
beweging omtrent hun aanspraak op de boedel uit hoofde van wettelijke rente en/of
de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW te informeren?